/ Thailand

Rust in de zevende maand

Hangen. Sommige backpackers maken er een gewoonte van. In Zuid-Oost-Azië lijkt het wel een must te zijn. Velen zijn hier enkel met dat ene doel. En fuiven er af en toe nog eens bij. Maar het merendeel associeert 'reizen' met 'hangen' en niets doen.

Wij zijn niet dat soort reizigers maar na een tijdje is het toch wel nodig. En dus hingen we twee weken rond in Thailand. In Bangkok boven water maar ook veel onder water meer in het zuiden van het land en laat dat nu net de plaats zijn waar wij heel erg graag rondhangen.

Thailand is niet meteen een topduikbestemming ondanks dat er wel ontzettend veel gedoken wordt. We merkten dat vooral de marketingmolen hier meer draait dan een compressor op een liveaboard. De strategie bestaat er vooral in om een paar zeldzame vissen (Walvishaai! Manta!) in de brochures te vermelden en doen alsof ze hier dagelijks rondzwemmen en even makkelijk te spotten zijn als een goudvis in een bokaal. Toch verwachtten we er niet al te veel van, maar één manta zouden we toch moeten spotten tijdens een weekje duiken, al was het maar van ver, hoopten we. Voor we ons echter richting de vermoedelijk erg abundant aanwezige manta's en walvishaaien begaven, moesten we nog een dag of 5 spenderen in Bangkok om ons visum voor Indonesië te regelen.

Aangezien we in Bangkok al heel veel bezocht hadden, bleven we een paar dagen rustig in het guesthouse hangen. Echter, bij een 'echte' Bangkok-ervaring hoort ook een dagje shoppen in de vele malls. Dus hingen we wat rond in Central World Plaza, Pantip Plaza, MBK,... . Ons geld hebben we niet zozeer opgedaan aan allerlei artikelen, een zonnebril, wat elektro en een 'sporty spice'-pyjama (zoals Kurt het graag noemt) voor Ruth niet te nagesproken. Maar des te meer aan eten. Een overheerlijk gerechje van Haagen Dass konden we niet weerstaan en ook een goeie steak met frieten stond op het menu. Die laatste kan natuurlijk in de verste verte nog niet tippen aan een chateaubriand van D'Hoeve maar als surrogaat was het wel ok. Hopelijk is D'Hoeve niet in congé als we over 4,5 maanden aan hun deur staan.

Eten, het blijft een belangrijke drijfveer om af en toe in de duurdere regio's te verblijven. Maar naast eten hebben we het ook af en toe nodig om ons te begeven naar de onderwaterwereld. Dat duikvirus heeft ons hardnekkig te pakken, onze stikstofverslaving komt weer bovendrijven en een stuk van het uitgespaarde geld van de eerste 6 duikloze reismaanden, soupeerden we met plezier op aan een liveaboard. Eindelijk nog eens, na 9 jaar, nog eens een duikcruise. 4 nachten en 4 dagen de boot op naar de Similans, Koh Bon, Koh Tachai en Richelieu Rock. Volgens de boekskes één voor één topbestemmingen. Wij hielden het hoofd koel en hadden al van andere duikers gehoord dat het er mooi is onder water maar niet zo speciaal als de duikcentra je willen doen geloven.

Met een gezonde nuchterheid in ons achterhoofd scheepten we in op de Manta Queen I. Een mooie, grote liveaboard met alle luxe die we nodig hadden. Warme douches, veel en lekker eten, professionele staff en een relatief ruime kajuit. Enigste minpuntje voor Ruth was de afkorting van het duikcentrum die overal genoteerd stond. Het duikcentrum noemt 'Khaolak Scuba Adventures' en werd dus afgekort geplaatst als 'KSA'. Het had beter 'Khaolak Scuba Journeys' (KSJ!) genoemd of nog beter, 'Visionary Khaolak Scuba Journeys' (VKSJ!). Anders geen klachten over het duikcentrum.

De duiken zelf waren goed, maar geen echte hoogvliegers, ondanks wat de boekskes ons laten geloven. Van de 14 duiken die we deden waren er slechts 2 of 3 waarvan we dachten: "dat is nu een keer een echt goede duik". In die duiken zagen we een school barracuda's boven ons hangen, een adelaarsrog recht op ons afkomen en gigantisch grote jagende horsmakrelen ('trevally'). Maar ook zeepaardjes, spookfluitvissen en speciale garnalen bleven niet verstopt. Maar geen haaien, noch manta's. De eilanden die we bedoken zijn wel beschermde eilanden, wat betekent dat vissersboten er niet in de buurt mogen komen: binnen de 3 mijl van die eilanden mogen ze niet vissen. En onze vrienden de vissen, die weten die 3 mijlslijn niet zijn. En die vissersboten, niet enkel kleintjes, die zitten toch wel aardig dicht bij de grens te vissen. Hoe zou het nu toch komen dat we weinig groot leven of grote scholen vis zien? (Dit is een retorische vraag!)

Op naar de Phi Phi Islands dan maar, gekend van de flutfilm 'The Beach', die we tijdens ons hangen in Bangkok ook maar eens hadden bekeken. We bezochten de laatste dag ook het strand vanuit diezelfde film en het moet gezegd, het eiland waar alles zich afspeelt in de film, dat is het mooiste eiland dat we hebben gezien, van dicht en van ver. We gingen niet aan wal, want voor dat strand, dat je enkel vanop zee kan zien als je dicht genoeg, vanuit de juiste hoek kijkt, daar moet je voor betalen.

We waren niet naar Phuket en de daarbij gelegen Phi Phi Islands gekomen voor een sightseeiing van het strand uit de film 'The Beach', echter wel voor het verkennen van de onderwaterwereld. We waren hier, in tegenstelling tot de duiken meer in het noorden, aangenaam verrast. Wellicht omdat de verwachtingen iets minder waren, maar toch... grote scholen vis, onder andere pijlinktvissen, een schildpadje, een paar haaitjes enzovoort. Elke duik had wel iets waar we erg tevreden over konden zijn. Het heeft het niveau van de duiken in Thailand alleszins een flink stuk opgekrikt.

Ondertussen zitten we in Gili Air, na een vermoeiende trip bestaande uit laat aankomen bij de luchthaven, het zoeken naar een slaapplaats met aanvaardbare prijs voor een 4 uur durend nachtje, vroeg opstaan, hangen in de luchthaven, hangen in de lucht, hangen in een taxi, een paar uur hangen in een haven wachtend op een ontzettend trage ferry waar we dan 6 uur lang op moesten euh... hangen, gevolgd door een ritje in een busje, een korte nacht, een ritje in een busje, een half uurtje drijven in een bootje en hupla, we waren er al! En het tropisch eilandje hier, ziet er gelukkig goed uit. We spenderen hier onze laatste blufaminol-dollars - jaja, goed zo, Annelies, blufaminol bevat geld, 500E voor 500 euro en 1000D voor 1000 dollar - en we hoeven hier geen sojabonenpasta-koekjes te eten, dat is dat heel erg stinkend spul waarvan er een aantal dachten dat het iets strontachtig was. Het ziet er hier heel goed uit... .


Hanging around, it is something many travellers do, certainly in South East Asia. Most of the time, we're not doing a lot of hanging around, but in Thailand, we did. Hanging around in Bangkok, and hanging in the water, and this is what we like! After a few days busy with our visa for Indonesia, now we arrived on one of the tropical islands of this country. And it looks great! Really great!

Rust in de zevende maand
Share this